Introductie
In mijn lezingen benadruk ik altijd dat niet alleen rekenkracht de mate van intelligentie bepaalt. Intelligentie is een complex fenomeen dat niet alleen dataverwerking omvat, maar ook dynamische en contextuele interacties met de omgeving. Onlangs kwam ik een intrigerend artikel tegen dat deze visie bevestigt: "Artificial Consciousness: A Free Energy Principle Perspective" van Wanja Wiese, gepubliceerd in Filosofische studies in 2024.
De oorsprong van het artikel
Wiese's artikel onderzoekt de mogelijkheid dat bewustzijn ontstaat in kunstmatige systemen en analyseert deze vraag aan de hand van het Vrije Energieprincipe (FEP), voorgesteld door Karl Friston. FEP is een theorie die probeert te verklaren hoe zelforganiserende systemen, zoals levende organismen, hun interne orde handhaven door interactie met de omgeving om onzekerheid te minimaliseren.
Simulatie is geen replicatie
Een van de centrale vragen die Wiese opwerpt, is: is de simpele computersimulatie van neurale processen voldoende om bewustzijn te genereren in een AI? Of is er meer nodig om een bewuste ervaring echt te kunnen repliceren?
De rol van het vrije-energieprincipe
Volgens de PEL minimaliseren zelforganiserende systemen "vrije energie" om hun structuur en overleving te behouden. Dit betekent dat ze hun voorspellingen en acties voortdurend aanpassen op basis van interacties met de omgeving. Deze dynamiek creëert een specifieke causale stroom die inherent is aan levende systemen.
Causale stroming in levende systemen versus computers
Wiese stelt dat deze causale stroom, aanwezig in levende organismen, niet wordt gerepliceerd in traditionele computers met von Neumann-architectuur. In organismen is er een directe en continue interactie tussen interne toestanden (zoals overtuigingen en verwachtingen) en externe toestanden (zoals zintuiglijke stimuli). In computers wordt deze interactie echter op een andere manier gemedieerd, wat cruciaal kan zijn om onderscheid te maken tussen het simuleren en het daadwerkelijk repliceren van bewustzijn.
Implicaties voor kunstmatige intelligentie
Als we accepteren dat bewustzijn meer vereist dan de simulatie van computerprocessen, moeten we heroverwegen hoe we onze AI'sHet kan nodig zijn om verder te gaan dan het vergroten van de rekenkracht en nieuwe architecturen te creëren die de causale stroom en dynamische interacties die in levende wezens voorkomen, kunnen nabootsen.
Wat betekent dit in de praktijk?
- Nieuwe hardwarearchitecturen:Ontwikkel systemen die niet alleen informatie verwerken, maar ook causale interacties hebben die vergelijkbaar zijn met die van levende organismen.
- Integratie met de omgeving: Creëer AI's die niet geïsoleerd zijn, maar die voortdurend en adaptief met de omgeving interacteren.
- De aard van het bewustzijn heroverwegen: Begrijpen dat bewustzijn mogelijk niet een bijproduct is van informatieverwerking, maar eerder hoe die verwerking geïntegreerd is in een groter systeem.
Conclusie
De discussie over kunstmatig bewustzijn is even filosofisch als technologisch. Het gaat niet alleen om het vergroten van de verwerkingscapaciteit van machines, maar ook om het begrijpen en repliceren van de complexe interacties die bewustzijn bij levende wezens veroorzaken. Dit leidt tot de vraag: zijn we op de goede weg om echt bewuste machines te creëren, of hebben we een compleet nieuwe aanpak nodig?
